
Vanaf 16 februari is het weer zo ver; je mag je drijfmest weer uitrijden op grasland. Op sommige plekken is het gras nog zo lang, dat het goed uitrijden van de drijfmest niet meer mogelijk is en het gras besmeurd wordt met drijfmest.
Vanaf 16 februari is het weer zo ver; je mag je drijfmest weer uitrijden op grasland. Op sommige plekken is het gras nog zo lang, dat het goed uitrijden van de drijfmest niet meer mogelijk is en het gras besmeurd wordt met drijfmest.
Wil je met een eenvoudige maatregel snel extra voordeel opleveren? Dit kan door de drijfmest te verdunnen met water, blijkt uit een bemestingsonderzoek van Agrifirm voor PPO Vredepeel. Door de drijfmest te verdunnen stijgt zowel de droge stofopbrengst als het gehalte aan ruw eiwit.
Afgelopen najaar was het te nat om de laatste snede er af te maaien. Daarom staat er op veel plekken nog een flinke snede gras. Nu de draagkracht van de grond de afgelopen dagen flink is toegenomen én de weersverwachting dooi aangeeft, komen er van verschillende kanten vragen over het maaien van te lang gras.
Boterzuurbacteriën zijn anaerobe bacteriën (deze groeien zonder zuurstof) en komen van nature veel voor in grond en mest. De boterzuurbacterie is een sporevormende bacterie. Sporen zijn bacteriën in een soort rusttoestand die erg goed bestand zijn tegen droogte, hitte en andere extreme omstandigheden.
Een juiste pH is van belang voor een optimale groei van maïs. Een pH onder de streefwaarde kan tot maar liefst €875 aan opbrengstverlies per hectare kosten. Afhankelijk van de grondsoort en het gewas geldt er een optimale pH waarbij het bodemleven goed gedijt en de beschikbaarheid van voedingsstoffen voor het gewas optimaal is. Een te lage pH zorgt direct voor opbrengstverliezen.
Ieder jaar weer blijkt dat de percelen waar de drijfmest vroeg is uitgereden het eerst “op gang” komen. Laat toedienen van organische mest in het voorjaar kost dan ook grasopbrengst. Ook is het risico op besmeuring van gras met mest wanneer er later uitgereden wordt groter. Wanneer de draagkracht voldoende is kan de drijfmest op grasland worden uitgereden.
Tot voor kort werd in de Kringloopwijzer (KLW) aan KAS een hogere CO2-uitstoot toegekend dan aan ureummeststoffen. Dit komt omdat bij het produceren van KAS meer CO2 wordt uitgestoten dan bij de productie van ureum. In ureum (CO(NH2)2) zit namelijk CO2 gebonden.
Door de natte weersomstandigheden is een deel van de wintergranen nog steeds niet gezaaid. Rond eind januari is er een schakelmoment van wintergranen naar zomergranen. Wintergranen hebben namelijk een vernalisatie nodig om een aar te kunnen vormen. Gezien de weersomstandigheden zullen veel telers daarom noodgedwongen omschakelen naar zomergranen.
Hoeveel stikstof, fosfaat en kali bevat een kuub mest? En bevat dierlijke mest voldoende organische stof om het gehalte in de bodem op peil te houden? Dit zijn vragen waar alleen een drijfmestanalyse antwoord op kan geven.
In de praktijk zijn er grote verschillen in prijs én kwaliteit van inkuilfolie. Onze adviseurs krijgen dan ook regelmatig de vraag welke inkuilfolie nou het beste is. Ieder jaar is het weer een uitdaging om smakelijk ruwvoer met een hoge voederwaarde onder het plastic te krijgen.
Toepassing van de innovatieve coatings iSeed en TopCoat geeft de mais een goede start. Uit onderzoek blijkt dat beide meststoffencoatings een forse meeropbrengst opleveren als je dit vergelijkt met ongecoat.
Voor DairyMais® selecteert Agrifirm elk jaar de toprassen uit de rassenlijst en voegt deze samen tot een ideale mix, passend bij het teeltdoel. Het gemiddelde van een mengsel presteert beter dan het gemiddelde van zijn enkelvoudige componenten en biedt dus meer!