Ook afgelopen week is als gevolg van de weersomstandigheden het droge stofgehalte van de snijmais gemiddeld met ca. 3% droge stof toegenomen. Aangezien er voor de komende periode weinig of geen neerslag voorspeld wordt, moeten we er van uit gaan dat de huidige trend in afrijping zich zal verder voortzetten en dat we dus mogen rekenen op een zeer vroege oogst.

Droogte slaat verder toe, voederwaarde onderuit.
Afgelopen week bevatte het verse gras gemiddeld  905 VEM, 205 g ruw eiwit en 85 g suiker per kg ds. Daarbij valt op dat de voederwaarde van het gras vergelijkbaar is met vorig jaar. Het aanbod van het gras is echter dermate laag dat de melkkoeien geen of nauwelijks vers gras in het rantsoen hebben.

Agrifirm staat voor meer melk uit ruwvoer! Om dat te realiseren moet de basis goed zijn. Goed grasland dus. Maar wat is goed grasland eigenlijk en wat is er voor nodig om dit te realiseren?

Door de droogte is er afgelopen jaar overal veel minder gras geoogst. Dee ruwvoerpositie is dan ook (te) krap op veel bedrijven en is extra gras meer dan welkom. Als straks weer regen valt en het gras begint te groeien, is de vraag hoeveel stikstof moet ik strooien voor een goede grassnede?

Vooral VEM valt tegen, eiwit en suiker op normaal niveau.

In het najaar 2020 is in opdracht van Agrifirm door de WUR Open Teelten, op locatie Valthermond een vanggewassenproef aangelegd. In deze proef is het vergelijk gemaakt tussen Agrifirm Combi N-Saver, Snelle Lente Rogge, winterrogge, Agrifirm N-Saver en GrasRogge. Door de het late tijdstip van inzaai (19 oktober) op dalgrond en een relatief koude winter […]

Ieder jaar blijkt dat veel maiskuilen last hebben van broei. Naast verlies aan voederwaarde heeft broei ook effect op de smakelijkheid en daarmee de opname van het ruwvoer aan het voerhek. Om broei te voorkomen kan naast goed inkuilmanagement ook het toevoegen van

Afgelopen week bevatte het verse gras gemiddeld  955 VEM, 200 g ruw eiwit en 87 g suiker per kg ds. De verschillen zijn daarbij groot. Vooral op plaatsen waar er nog voldoende vocht beschikbaar is blijft de voederwaarde op peil. Daar waar de droogte begint toe te slaan is de voederwaarde niet hoger dan 900 VEM.

Ook afgelopen week is het droge stofgehalte van de snijmais flink toegenomen. Met uitzondering van het noorden was overal het ds-gehalte met ruim drie procent gestegen en komt nu gemiddeld uit op 31% ds. Met deze snelheid van afrijpen en een gewenst ds-gehalte bij inkuilen van 36-38% zal in het zuiden van het land in de eerste volle week van september de maisoogst volop op gang komen.

Voederwaarde neemt toe. Afgelopen week bevatte het verse gras gemiddeld  955 VEM, 200 g ruw eiwit en 87 g suiker per kg ds. De verschillen zijn daarbij groot. Vooral op plaatsen waar er nog voldoende vocht beschikbaar is blijft de voederwaarde op peil.

Voerwaarde gras zeer laag. Gemiddeld bevat het gras deze week 885 VEM, 210 g ruw eiwit en 75 g suikers. Deze voederwaarde is laag en is vergelijkbaar met het droge jaar 2018. Dit komt vooral door de snelle veroudering van de celwanden als gevolg van de hoge temperaturen waardoor de VEM tegenval.

Regen brengt nog geen uitkomst. Afgelopen dagen is er op veel plaatsen regen gevallen, maar met uitzondering van de kustgebieden en delen van Friesland is dit onvoldoende om de grasgroei weer op normaal niveau te krijgen. Daarnaast heeft 2018 ons ook geleerd dat het nog zeker één à twee weken duurt voordat de grasgroei weer goed op gang komt.